Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Politieke column

We hebben de puinzooi van box 3. Ik schrijf er met regelmaat gretig over. Dat de Toeslagenaffaire is uitgemond in een compensatieaffaire is evenzeer een graag door mij belicht onderwerp. Het oorspronkelijk geraamde prijskaartje van € 500 miljoen gaat, volgens vrijgegeven stukken van de informateur, de € 10 miljard aantikken. Dan ben je als overheid de regie totaal kwijt hoor, net als de pincode van de Rijksbetaalpas.

En dat de Belastingdienst vanwege capaciteitsproblemen op illegale wijze personeel inhuurt, is een vlek waarin blijvend gewreven moet worden. De Belastingdienst die zelf de belastingwet negeert: niet per ongeluk, maar bewust. Betonrot in belastingland. Voor het geval de dienst mij ooit beticht van het onjuist toepassen van een regeling (volstrekt utopische aanname dit, maar goed…) heb ik mijn jij-bak bezwaarschrift trouwens wel alvast getypt.

De aandacht moet ook gaan naar een ogenschijnlijke onbeduidendheid. In de schaduw van de politieke publieke besluitvorming vindt namelijk op dit moment – februari 2024 – de invoering van een verbijsterende belasting plaats. Ik doel op de inframarginale elektriciteitsheffing. Een Europese verordening verplicht lidstaten om bij elektriciteitsproducenten de marktopbrengsten over de periode 1 december 2022 tot en met 30 juni 2023 boven een plafond weg te belasten.

De insteek: profiteurs van de energiecrisis aanpakken. Ik begrijp het ongenoegen over de bizarre energieprijzen van destijds, maar niet elk ongenoegen verdient een parkeerplaats in ons belastingstelsel. En zeker niet met terugwerkende kracht.

Wij hebben namelijk beginselen die ervoor zorgen dat belastingheffing geen willekeurige piraterij is. We hebben waarborgen die belastingplichtigen bescherming bieden. We hebben autonomie bevochten en behouden over in elk geval onze directe belastingen. Het is helaas allemaal geen pepernoot waard in Nederland. Zijn we fiscaal gezien inmiddels niet een rechtsstaat van poedersneeuw in de brandende zon van opportunisme?

Tijdens de formatie doen partijen alsof de Grondwet en de rechtsstaat hun een lief ding waard zijn, maar als ze in hun eigenlijke werkschuur zijn – de plenaire vergaderzaal in de Tweede Kamer – kijken alle Kamerleden collectief glazig. Zo’n flagrante inbreuk verdient een serieuze discussie. Stel vragen. Verwonder je. Schets desnoods het dilemma van de noodzaak om maatschappelijk ongenoegen te uiten tegenover de zorgplicht voor een voorspelbaar belastingstelsel. Niets daarvan.

Over de inframarginale elektriciteitsheffing zijn een handvol obligate schriftelijke vragen gesteld door VVD, BBB en GroenLinks-PvdA. De rest van de fracties nam niet eens de moeite in de pen te klimmen. Een debat is er helemaal nooit gekomen. Op 15 februari 2024 is het wetsvoorstel als een hamerstuk in de Tweede Kamer afgedaan. Klap erop, en door.

Een hamerstuk in de Kamer, een hamerdreun voor de fiscale rechtsstaat.

Nu is de Eerste Kamer aan zet, maar reflectie is daar in dit dossier eerder spiegelreflectie. Tenzij zich nog leden melden voor een inbreng, wordt het ook daar namelijk een hamerdreun. Dus de salderingsregeling voor zonnepanelen mag nog niet bij het grofvuil, want senatoren huilden krokodillentranen over een onvoorspelbare overheid. De inframarginale elektriciteitsheffing krijgt daarentegen een terugwerkende kracht waar je misselijk van wordt, maar nu geen tranen. Hypocriet? Mwah,…

Energiebedrijven zitten op de stoel waar eerder bijvoorbeeld de woningbouwcorporaties (verhuurderheffing) en banken (resolutieheffing) zaten te bibberen. Zij kregen destijds een forse fiscale knip- en scheerbeurt. Het maatschappelijke ongenoegen liep weg via een fiscaal ventiel, en dat vonden we eigenlijk wel prima. Nu zijn de energiebedrijven aan de beurt. 

De geschiedenis herhaalt zich in een steeds extremere variant. Totdat het opeens niet meer prima is en het fiscale onheil de ‘verkeerde’ groep treft. Dan zijn we echter collectief te laat en beschermt het recht niet meer. Dan blijkt dat onze fiscale rechtsstaat compleet weggesmolten is. Laat de recente hamerdreun een duidelijke waarschuwing zijn.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Publicatiedatum
27 februari 2024
NLF-nummer
NLF-P 2024/7
Auteur(s)
mr. dr. M.P.A. Spanjers
Columnist

Naar de bovenkant van de pagina