Direct naar content gaan

Samenvatting

X verpacht onroerend goed aan haar man, die dit in maatschapsverband voor een landbouwbedrijf gebruikt.
Het resultaat valt onder de terbeschikkingstellingsregeling van artikel 3.91 Wet IB 2001.
De maatschap wordt omgezet in een VOF en het gebruik van het onroerend goed wordt ingebracht. De pacht blijft onveranderd doorlopen. X treedt toe tot de VOF en wordt ondernemer in de zin van de inkomstenbelasting. De terbeschikkingstelling eindigt.
Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant hoeft X niet af te rekenen in verband met de staking van de tbs-werkzaamheid nu deze wordt voortgezet in een onderneming. Er is in dit geval sprake van uitgroeien als bedoeld in artikel 3.99 Wet IB 2001.
Tegen dit oordeel heeft de Staatssecretaris (sprong)cassatieberoep ingesteld.
Maar de Hoge Raad verklaart dit ongegrond. Het oordeel van de Rechtbank is juist.
Conform conclusie A-G Niessen.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2011
Instantie
HR
Datum instantie
13 mei 2016
Rolnummer
15/02667
ECLI
ECLI:NL:HR:2016:831
bwbr0011353&artikel=3.98&lid=1,bwbr0011353&artikel=3.99

Naar de bovenkant van de pagina