Direct naar content gaan

Samenvatting

Vanaf 12 maart 2020 is Nederland vanwege de coronapandemie in gedeeltelijke lockdown gegaan en hebben werknemers van X (belanghebbende) in beginsel vanuit huis gewerkt. Hierdoor kon niet meer worden voldaan aan de voorwaarde voor de – vaste – reiskostenvergoeding dat de werknemers doorgaans naar dezelfde arbeidsplek reizen.

X heeft op grond van het goedkeuringsbesluit van 14 april 2020 van de staatssecretaris de reiskostenvergoeding onbelast aan werknemers uitgekeerd. Zij heeft de reiskostenvergoeding als gerichte vrijstelling in de zin van artikel 31a, lid 2, onderdeel a, onder 3°, Wet LB 1964 aangemerkt.

Dat is volgens de Inspecteur onterecht voor die gevallen waarin de werknemers niet vóór 12 maart 2020 hebben aangegeven dat zij in 2020 de onbelaste reiskostenvergoeding willen. Dat betekent dat de reiskostenvergoeding ten laste van de vrije ruimte moet komen en bij overschrijding daarvan moet het eindheffingstarief van 80% worden toegepast (artikel 31a, lid 2, Wet LB 1964). De Inspecteur heeft daarom over de maand februari 2021 een naheffingsaanslag loonheffing opgelegd die betrekking heeft op het gehele jaar 2020 ten bedrage van € 257.811 (322.263 x 80%) en een verzuimboete van € 5.514.

Dat is volgens Rechtbank Gelderland onterecht. De stelling van de Inspecteur dat het moet gaan om een onvoorwaardelijk recht op een vaste reiskostenvergoeding, volgt de Rechtbank niet. Voor zover wel dient te worden uitgegaan van het standpunt dat sprake moet zijn van een onvoorwaardelijk recht op of vóór 12 maart 2020, dan is de Rechtbank van oordeel dat de werknemers van X reeds vóór 13 maart 2020 een onvoorwaardelijk recht hadden op een vaste reiskostenvergoeding. De vermelding in het programma ‘Flex Benefits’ hield in wezen een ‘opt-out’-mogelijkheid in voor de werknemer.

De Rechtbank vernietigt de naheffingsaanslag en boetebeschikking.

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Belastingtijdvak
februari 2021
Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum instantie
5 september 2023
Rolnummer
22/4347
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2023:4992
Auteur(s)
mr. dr. B.M.M. Didden
Belastingdienst / Maastricht University
NLF-nummer
NLF 2023/2338
Aflevering
19 oktober 2023
Judoregnummer
JCDI:NFB6029
bwbr0002471&artikel=31a&lid=2,bwbr0002471&artikel=31a&lid=2

Naar de bovenkant van de pagina