Direct naar content gaan

Samenvatting

De race is bijna gelopen. De liquidatieverliesregeling zoals opgenomen in onder andere de deelnemingsvrijstelling moet veranderen. Het is de politiek een doorn in het oog dat Nederlandse multinationals buitenlandse verliezen hier ten laste van de winst brengen. Althans, dat is volgens Hans van den Hurk de strekking van de politieke discussie. Wreekt zich hier dat de Tweede Kamer geen fiscalisten kent?

Opinie

Als je je met de internationale fiscaliteit bezighoudt, zoals ik en je dan ook nog de noodzaak voelt om vaak te reageren op politici die inderdaad die spreekwoordelijke klok horen luiden, dan moet je oppassen geen paria te worden. Dat risico neem ik dan maar aangezien de Nederlandse politiek nog steeds geen Tegenpartij 2.0 heeft die de doelredeneringen van onze volksvertegenwoordigers op de juiste manier scherp weet te duiden. Een nieuwe Jacobse en Van Es zouden er wel raad mee weten. De doelredeneringen bevatten halve waarheden en holle frases waar de wereld echt niets mee kan.

Zo kopte het NRC 26 april jl. dat er een voorstel voor een wetswijziging is ingediend door GroenLinks, SP en PvdA waarvan de kern volgens het NRC is dat multinationals in Nederland winstbelastingen moeten gaan betalen. Tja, die komt lekker binnen. Wederom zal de gemiddelde krantenlezer zich afvragen in wat voor een maatschappij hij of zij terecht is gekomen waar belasting betalen alleen verplicht lijkt voor goedwillende burgers en kleinere bedrijven. De krant gaat verder: ‘Nu kunnen grote bedrijven als Shell het verlies dat zij oplopen in het buitenland verrekenen met hun totale winst. Zo hoeven zij over die winst in Nederland geen belasting te betalen.’

Als vervolgens de berekeningen van het ministerie van Financiën worden overlegd waaruit blijkt dat Nederland op deze manier honderden miljoenen euro’s aan belastinginkomsten misloopt, is het Leiden in last. Initiatiefnemer en Tweede Kamerlid Bart Snels (GroenLinks) spreekt over een ‘gekke aftrekpost’ die hij wil afschaffen.

‘Als het goed gaat in het buitenland betalen multinationals in Nederland geen extra winstbelasting, maar als het slecht gaat mogen ze wel hun buitenlandse verlies verrekenen.’ Vindt u het goed dat ik over deze laatste quote niets zeg? Het zou niet goed zijn voor mijn gezondheid. Overigens meldt de kwaliteitskrant nog en passant dat dit alles past in de teneur van het inperken van belastingontduiking. En dan vragen ze zich nog af waarom een bedrijf als Shell niet naar de hoorzitting wenst te komen die gaat over belastingontduiking. Shell heeft een grote fout gemaakt. Ze hebben immers de wet toegepast en dat hadden ze natuurlijk niet moeten doen. Foei. En daarom dient Shell, en in tweede instantie ook Philips en Unilever, zich te melden voor de schandpaal van de Haagse politiek. Het moet niet veel gekker worden in Nederland.

Laten we voorop stellen dat het niet zo is dat buitenlandse verliezen zomaar met Nederlandse winsten gepoold kunnen worden. Het dient te gaan om liquidatieverliezen omdat, aangezien de buitenlandse (of binnenlandse) dochter wordt geliquideerd, deze entiteit zijn zelfstandig recht op verliesverrekening kwijtraakt. En als we de groep vanuit een meer economisch perspectief beschouwen als een onderneming, dan breekt dat in op de ‘concernbrede’ totale winstgedachte. En dat buitenlandse winsten niet worden belast, is logisch. Die zijn immers al eens belast geweest.

Die totalewinstconceptie lijkt steeds vaker naar de achtergrond te worden geschoven. Budgettaire argumenten en doelredeneringen zijn de laatste jaren meer bepalend geworden voor onze wetgeving dan een fiscaal-logische wetssystematiek. Leg maar eens uit aan een leek dat als twee bedrijven rente voor een zelfde zakelijke lening moeten betalen, het ene die wel mag aftrekken en het andere niet omdat die laatste partij gewoon niet winstgevend genoeg is. Inmiddels is dit een gelopen race maar wel een die is gecreëerd als gevolg van de Antibelastingontwijkingsrichtlijn.

Maar goed, ik ben bereid te accepteren dat de liquidatieverliesregeling op de helling moet en dat er net als bij de reguliere verliescompensatieregels beperkingen mogen worden opgenomen. Er wordt voorgesteld om drie wijzigingen aan te brengen op deze regeling:

  • De eerste is al weer bijzonder. Die zou alleen nog mogen gelden voor verliezen die multinationals lijden binnen de Europese Unie. Ik ga niet weer uitleggen dat dergelijke regelingen door het Hof van Justitie niet enthousiast zullen worden ontvangen. Vrij verkeer van kapitaal wordt hier met voeten getreden aangezien deze invulling een verschil maakt tussen EU-dochters en dochters in derde landen.
  • De verliezen mogen niet ouder zijn dan drie jaren. Dat wordt nog een interessante want bij de liquidatieverliesregeling gaat het feitelijk niet om verliezen. Er is een systematiek gedefinieerd die ertoe leidt dat de liquidatieverliezen worden afgeleid uit het verschil tussen het opgeofferde bedrag en de liquidatie-uitkering. Hoe gaan we dan dit verlies bepalen over de afgelopen drie jaren? Dat zal even wennen zijn, wetgeving moet worden aangepast, maar laat ik in een flow van positiviteit veronderstellen dat we daar vast wel uitkomen.
  • Dat laatste geldt ook voor de gewenste verandering dat het moederbedrijf een ‘kwalificerend’ belang dient te hebben in het dochterbedrijf van meer dan 25%. Bij deze laatste eis kan ik me ook wel iets voorstellen. Alleen als er een echt relevante participatie is, dan wordt zo’n verlies nog maar gefaciliteerd. Maar het blijft bijzonder dat dan toch wordt afgeweken van het basiscriterium van 5% zoals is verwoord voor de deelnemingsvrijstelling.

Het NRC meldt verder dat de mede-indieners PvdA en SP hopen op brede steun voor hun wetsvoorstel. Volgens Renske Leijten (SP) is dit pas de eerste stap in de inperking van belastingontduiking: ‘Wat mij betreft gaat dit niet alleen over Shell. Zodra er iets mogelijk is, weet je dat alle grote jongens daar gebruik van maken.’

Henk Nijboer (PvdA): ‘We zitten voortdurend zulke mazen in de wet te dichten. De wet is hier niet voor bedoeld.’

Wreekt zich hier dat de Tweede Kamer geen fiscalisten kent? Waarom anders staat er niemand op om bijvoorbeeld Nijboer duidelijk te maken dat de wet hier juist wel voor bedoeld is. En dat er van wetsontduiking echt geen sprake is.

Graag zou ik de dames en heren politici nog iets anders willen meegeven. Nederlandse multinationals die deze regeling gebruiken, creëren een aftrekpost ten laste van het Nederlandse systeem. Maar hoe zit het met buitenlandse bedrijven? Is het niet zo dat die liquidatieverliesregeling een aantrekkingskracht heeft op buitenlandse bedrijven maar dat die alleen geëffectueerd kan worden ingeval er in Nederland ook winst wordt gemaakt. En betekent dat dan niet dat we dan schoorstenen nodig hebben? Wil een buitenlands verlies hier aftrekbaar zijn dan heb ik toch minstens binnenlandse belastbare winst nodig. Komt zo’n niet-Nederlands bedrijf naar hier en maakt dat bedrijf gebruik van de regeling, dan kan dat betekenen dat we dan in Nederland als gevolg van een liquidatie een stuk vennootschapsbelasting missen maar ondertussen hebben we wel weer vele mensen aan het werk en komt er loonbelasting en omzetbelasting binnen. Misschien hebben we in dit land banen genoeg. Ik waag dat te betwijfelen, en niemand kan in de toekomst kijken. Er kan zomaar weer een crisis aankomen. En dan is zo’n liquidatieverliesregeling een mooie faciliteit om nieuwe business aan te trekken.

Metadata

Rubriek(en)
Vennootschapsbelasting
Wetsartikelen
Auteur(s)
HTPM van den Hurk
Cygnus tax
NLF-nummer
NLF Opinie 2019/23
Judoreg
NFB2438
Publicatiedatum
9 mei 2019
bwbr0002672&artikel=15i,bwbr0002672&artikel=13d

Naar de bovenkant van de pagina