Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

De Inspecteur heeft aan vof X (belanghebbende) een naheffingsaanslag BPM opgelegd van € 4.310 met dagtekening 10 december 2021.

Bij de KvK is geregistreerd dat X is opgeheven met ingang van 1 februari 2022.

Het bezwaar van X inzake de naheffingsaanslag is ongegrond verklaard. Vervolgens is beroep ingesteld.

Partijen zijn het erover eens dat X is opgehouden te bestaan op 1 februari 2022. Rechtbank Zeeland-West-Brabant volgt partijen hierin mede gelet op een verklaring van de accountant. Het beroep is door de gemachtigde namens X ingesteld op 3 mei 2023. Op dat moment bestond X niet meer. X kon dus op dat moment geen beroep meer instellen.

Het beroep is daarom niet-ontvankelijk.

Het verzoek om immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn wordt afgewezen.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
niet bekend
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
25 maart 2024
Rolnummer
23/2677
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:1981
NLF-nummer
NLF 2024/0877
Aflevering
9 april 2024

Naar de bovenkant van de pagina