Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) werd tussen juli 2014 en februari 2017 voor een project naar Oman uitgezonden door zijn werkgever. Overeenkomstig de jaaropgave heeft X in de aangifte IB/PVV 2016 een loon van € 269.076 en ingehouden loonheffing van € 131.444 aangegeven. De aanslag is conform de aangifte opgelegd.

Op grond van het met terugwerkende kracht van toepassing zijnde Golfstatenbesluit is de eerder ingehouden en afgedragen loonheffing grotendeels terugbetaald aan de werkgever. De werkgever heeft de teruggaaf niet doorbetaald aan X.

Naar aanleiding van een verzoek van X heeft de Inspecteur een verminderingsbeschikking IB/PVV 2016 aan X gezonden waarin voor een bedrag van € 121.955 aan ‘Aftrek elders belast inkomen’ is verleend.

Kort daarna is aan X een navorderingsaanslag ter zake van het terugbetaalde bedrag opgelegd.

Hof Den Haag stelt voorop dat sprake was van een brutoloonafspraak.

Het oordeelt evenals Rechtbank Den Haag dat navordering kon plaatsvinden op grond van artikel 16, lid 2, onderdeel a, AWR (onjuiste verrekening).

X heeft gesteld dat de navorderingsaanslag moet worden vernietigd omdat de Inspecteur door het inwilligen van het verzoek bij X het vertrouwen heeft gewekt dat aan hem terecht een bedrag is terugbetaald omdat hij recht heeft op aftrek elders belast. Hij heeft daarbij onweersproken gesteld dat hij niet ervan op de hoogte was dat de loonheffing reeds door middel van een correctiebericht was terugbetaald/verrekend, dat de voormalige werkgever de teruggaaf niet aan hem heeft doorbetaald en dat de voormalige werkgever hem niet op de hoogte heeft gesteld van het gewijzigde bedrag aan afdracht. Vast staat voorts dat de Inspecteur loonheffing op de hoogte was van de teruggaaf/verrekening van de ingehouden loonheffing. Deze informatie stond in de systemen van de Belastingdienst en stond de Inspecteur inkomstenbelasting daarom ter beschikking.

Het Hof honoreert het beroep op gewekt vertrouwen. De navorderingsaanslag wordt vernietigd.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2016
Instantie
Hof Den Haag
Datum instantie
10 april 2024
Rolnummer
23/00913
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2024:804
NLF-nummer
NLF 2024/1432
Aflevering
18 juni 2024
bwbr0002320&artikel=16&lid=2,bwbr0002320&artikel=16&lid=2

Naar de bovenkant van de pagina