Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

X (belanghebbende) is gebruiker van een winkelpand in Den Bosch, waarin hij een winkel in breigaren heeft. Dit pand ligt binnen het heffingsgebied van de reclamebelasting en daarom is aan hem de aanslag reclamebelasting opgelegd. X heeft beroep ingesteld, maar Rechtbank Oost-Brabant verklaart dat ongegrond.

De Rechtbank oordeelt dat er een objectieve en redelijke rechtvaardiging is voor de begrenzing van het heffingsgebied. Daarvoor is van belang dat het gebied logisch geografisch is begrensd en dat voldoende vaststaat dat de opbrengsten van de reclamebelasting ten goede komen aan het heffingsgebied. Niet van belang is of X daadwerkelijk profijt heeft van de met de reclamebelasting bekostigde activiteiten, maar of hij daarvan zou kunnen profiteren.

De Rechtbank begrijpt dat X graag gezien had dat er andere politieke keuzes waren gemaakt, maar de Rechtbank kan de keuzes van de gemeenteraad slechts beperkt (‘marginaal’) toetsen en pas ingrijpen als deze keuzes leiden tot een onredelijke en willekeurige belastingheffing die de gemeentelijke wetgever niet op het oog kan hebben gehad. Uit niets is gebleken dat die situatie zich voordoet.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2020
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Datum instantie
22 juli 2022
Rolnummer
20/2556
ECLI
ECLI:NL:RBOBR:2022:3071
NLF-nummer
NLF 2022/1578
Aflevering
11 augustus 2022
bwbr0005416&artikel=227,bwbr0005416&artikel=227

Naar de bovenkant van de pagina