Direct naar content gaan

Samenvatting

Volgens de Inspecteur heeft een horecaondernemer te weinig loonheffingen afgedragen omdat er (deels ook) zwart loon aan het personeel was betaald. Daarom heeft hij loonbelasting nageheven met een verhoging van 100%.

Hof Leeuwarden heeft de naheffingsaanslag verlaagd. Het Hof heeft ook de verhoging met 75% verminderd.

Met name tegen dit laatste oordeel heeft de staatssecretaris cassatieberoep ingesteld, maar dit wordt door de Hoge Raad verworpen. In geval een inhoudingsplichtige voor de loonbelasting in de aangifte een bedrag aan af te dragen belasting heeft verzwegen, kan voor de toepassing van artikel 29, lid 2, AWR slechts dan worden gezegd dat hij niet de vereiste aangifte heeft gedaan, indien het verzwegen bedrag in verhouding tot het totale bedrag van de over dat tijdvak af te dragen belasting aanzienlijk is.

De beantwoording van de vraag of dit laatste zich in het onderhavige geval heeft voorgedaan zou, daar ’s Hofs uitspraak en de stukken van het geding geen gegevens bevatten omtrent de ingediende aangiften en omtrent de voor elk van die tijdvakken af te dragen belasting, een onderzoek vergen van feitelijke aard, waartoe de cassatieprocedure niet de mogelijkheid biedt.

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
1 januari 1978 t/m 31 december 1980
Instantie
Hoge Raad
Datum instantie
22 april 1986
Rolnummer
23.374
ECLI
ECLI:NL:HR:1986:AW8043
bwbr0002320&artikel=27e

Naar de bovenkant van de pagina