Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een BV heeft op de balans ultimo 2002 en ultimo 2003 posten ter zake van te betalen loonheffing over uitbetaalde tantièmes opgenomen. Deze verschuldigde loonheffing is niet in de betreffende tijdvakken aangegeven en ook niet door middel van suppletieaangiften afgedragen. Na een boekenonderzoek wordt een naheffingsaanslag met 25% boete opgelegd. De inspecteur verwijt de BV dat zij niet spontaan de materieel verschuldigde loonheffing alsnog heeft betaald toen zij na het opstellen van de jaarstukken met de verschuldigdheid bekend was geworden. Het Hof stelt vast dat het niet indienen van een suppletieformulier of het niet doen van een nadere betaling op zichzelf geen overtreding is en dat de wetgever pas met ingang van 1 januari 2006 een regeling in de Wet op de loonbelasting heeft opgenomen (artikel 28a) teneinde de inhoudingsplichtige door middel een correctiebericht in de gelegenheid te stellen een onjuiste of onvolledige aangifte loonbelasting te repareren. Aangezien de vermelding van de loonbelastingschuld in de (schriftelijke) jaarstukken voorts dermate duidelijk is dat de BV niet verweten kan worden opzettelijk onjuiste inlichtingen te hebben verstrekt of juiste informatie te hebben verzwegen, kan de BV geen grove schuld worden verweten. Het Hof acht het hoger beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de Rechtbank en vernietigt de (uitspraak op bezwaar met betrekking tot de) boetebeschikking van 4.224 euro.

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Belastingtijdvak
2002-2003
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
10 oktober 2008
Rolnummer
07/00257
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2008:BG9625

Naar de bovenkant van de pagina