Direct naar content gaan

Samenvatting

Toridas is gevestigd in Litouwen. Zij heeft vanuit Kazachstan diepgevroren vis in Litouwen geïmporteerd en vervolgens verkocht aan de in Estland gevestigde vennootschap Megalain (eerste leveringen). Dit bedrijf heeft vóór de levering gemeld dat de vis onmiddellijk zal worden doorverkocht aan afnemers in derde lidstaten (Denemarken, Duitsland, Nederland en Polen), voor wie die goederen vervolgens worden vervoerd naar die lidstaten (tweede leveringen).

De verwijzende rechter vraagt zich af of de eerste dan wel de tweede leveringen moeten worden gekwalificeerd als intracommunautaire leveringen, die ingevolge artikel 138, lid 1, Btw-richtlijn zijn vrijgesteld. De verwijzende rechter heeft in dit verband twee prejudiciële vragen gesteld aan het HvJ.

Het HvJ oordeelt dat de eerste leveringen binnenlandse leveringen vormen die niet in aanmerking kunnen komen voor de btw-vrijstelling van artikel 138, lid 1, Btw-richtlijn. Het feit dat de eerste afnemer voor btw-doeleinden is geïdentificeerd in een andere lidstaat dan de lidstaat van de plaats van de eerste levering of van de plaats van de eindverwerving, is geen criterium om een handeling te kwalificeren als een intracommunautaire handeling en vormt op zich geen afdoende bewijs van de intracommunautaire aard van een handeling. Het feit dat de goederen tijdens een keten van twee opeenvolgende leveringen als in het hoofdgeding, in opdracht van de afnemer die als tussenpersoon handelt, zijn bewerkt alvorens te zijn vervoerd naar de lidstaat van de eindafnemer, is voorts van geen belang voor de voorwaarden voor de eventuele vrijstelling voor de eerste levering voor zover deze bewerking na de eerste levering plaatsvindt.

Drie partijen, twee leveringen, één intracommunautaire transactie

Wanneer partij A goederen verkoopt aan partij B, die ze vervolgens doorverkoopt aan partij C en de goederen rechtstreeks van partij A naar partij C worden vervoerd, is voor de btw sprake van twee leveringen. Wanneer de goederen in het kader van deze zogenoemde ABC-transactie worden vervoerd van de ene naar de andere lidstaat, kan slechts één van die leveringen een intracommunautaire transactie zijn. Dit volgt uit de zaak EMAG Handel Eder. In de zaak Euro Tyre Holding heeft het HvJ vervolgens richtlijnen gegeven hoe bepaald kan worden aan welke van de twee leveringen het vervoer kan worden toegerekend. In die schakel vindt dan de intracommunautaire transactie plaats. Is dat de levering A-B dan moet A een intracommunautaire levering aangeven in het land van vertrek en B een intracommunautaire verwerving in het land van aankomst. De levering B-C is vervolgens een binnenlandse levering belast tegen het lokale btw-tarief in het land van aankomst. Is de B-C-transactie de intracommunautaire transactie, dan verricht A een binnenlandse levering in het land van vertrek. B moet een intracommunautaire levering aangeven in het land van vertrek en C een intracommunautaire verwerving in het land van aankomst. Uit het eerdergenoemde arrest Euro Tyre Holding volgt dat van belang is of de macht om als eigenaar over de goederen te beschikken door B al is overgedragen aan C voordat de goederen het land van vertrek verlaten. Het HvJ herhaalt dit ook weer in de onderhavige zaak. Als, zoals het geval is in de onderhavige casus, de macht om als eigenaar te beschikken over de goederen door B al is overgedragen aan C voordat de goederen, in dit geval, Litouwen verlaten dan is het vervoer toe te rekenen aan de B-C-transactie. Toridas verricht daarom een binnenlandse levering die belast is in Litouwen en kan niet het nultarief toepassen wegens een intracommunautaire levering. In zoverre biedt de zaak Toridas geen nieuwe inzichten. Wel voegt het HvJ aan zijn eerdere oordeel toe dat het niet van belang is dat partij B een partij is die is gevestigd en voor de btw geregistreerd in Estland, een land dat niet de lidstaat van vertrek of de lidstaat van aankomst is.

Wetenschap van partij A

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
2008, 2010
Instantie
HvJ
Datum instantie
26 juli 2017
Rolnummer
C‑386/16
ECLI
ECLI:EU:C:2017:599
Auteur(s)
prof. mr. dr. M.M.W.D. Merkx
Universiteit Leiden/Deloitte
NLF-nummer
NLF 2017/2076
Aflevering
7 september 2017
Judoregnummer
JCDI:NFB685
bwbr0002629&artikel=5c&lid=1,bwbr0002629&artikel=3&lid=4,bwbr0002629&artikel=5c&lid=1,bwbr0002629&artikel=5c&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina