Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Politieke column

De Koning hoeft bij de aanschaf van zijn bolide geen BPM (aanschafbelasting) te betalen. Deze vrijstelling is gebaseerd op wettelijke bepalingen in een belastingwet en de Wegenverkeerswet. Het is verder uitgewerkt in een algemene maatregel van bestuur. Om deze juridische basis te achterhalen, heb ik zelf niet zitten snuffelen. Het is al in 2015 uitgezocht en opgetekend in een ambtelijk onderzoek naar belastingvrijdom van de Koning. De Tweede Kamer is hierover destijds ook geïnformeerd. Op de website van het Koninklijk Huis staat het op het moment van schrijven van deze column evenzeer klip-en-klaar: ‘voor AA-kentekens geldt een vrijstelling van de BPM’. 

Het blijkt in de praktijk anders te zitten. Van Vroonhoven (NSC) stelde in een debat voor deze BPM-vrijstelling af te schaffen. Premier Rutte meldde in zijn beantwoording echter terloops dat de Koning gewoon BPM betaalt. Huh? Er is een wettelijke vrijstelling, maar die wordt opeens kennelijk niet meer toegepast. ‘In de praktijk is het dus zo dat tegenwoordig over alle auto’s BPM moet worden betaald’, verhaalde de premier. Hij hield het klein, maar het was natuurlijk groot nieuws. De wetten en lagere regels zijn bij mijn weten niet gewijzigd, dus het is een soort vrijwillige belastingbetaling door de Koning. Enfin, de tekst op de website wordt spoedig aangepast, zo beloofde de premier.

De koninklijke autobelastingvrijstelling is dood, leve de koninklijke inkomstenbelastingvrijstelling. Oh nee, een ruime Kamermeerderheid wil die laatste juist ook ten grave dragen. Met die missie zijn enkele Kamerleden al jarenlang bezig (NLF-P 2022/37). In de nieuwe Kamersamenstelling na de verkiezingen van afgelopen november lijkt het nu haalbaar en kansrijk te zijn. Hoewel het uiteindelijk altijd de vraag is of er in twee lezingen in beide Kamers ook steeds de benodigde tweederdemeerderheid zal zijn. Zoiets blijft tot het laatste toe spannend, zo bleek afgelopen week weer in de Senaat met de spreidingswet voor asielzoekers.

Hoe dan ook: premier Rutte is tegen een blauwe IB-envelop voor het blauwe bloed. De Koning is volgens hem zeker niet gelijk aan alle burgers: ‘Dat is nou juist het aardige van de monarchie: onderdanen en bovendanen.’ De premier ziet in dit onderscheid een grond voor de eeuwenoude traditie de Koning geen inkomstenbelasting te laten betalen, en de rest van de bevolking wel. Daarnaast probeerde de premier Kamerleden te ontmoedigen door de wetgeving en de uitvoering als ingewikkeld en complex te bestempelen.

Je zou toch zeggen: na het labyrint van de Wet minimumbelasting zijn we in fiscalistenland wel wat gewend. Sterker, ik denk dat de gemiddelde zzp’er met de jaarlijkse winstvaststelling een veel lastiger klusje te klaren heeft dan de Koning. Want het inkomensbestanddeel van de vergoeding aan de Koning valt voortaan gewoon in box 1. Ja, dan ontstaat er ook een recht op aftrekposten. Nou en? Premier Rutte raakte echter helemaal in paniek. Volgens hem moet een aparte belastingwet worden opgetuigd met specifieke uitzonderingen. Hij rept daarnaast over verstrekkingen in natura, zoals beschikbaar gestelde paleizen. 

Maar met een specifieke waardering voor ter beschikking gestelde zaken lossen we zoiets doorgaans in de fiscaliteit op. Leaserijders weten niet beter. Dat kan ook in dit geval. De premier gebruikt het Catshuis – eventueel ook voor privézaken − en krijgt daarvoor afhankelijk van zijn privégebruik een op maat gemaakte bijtelling. Op gelijke wijze kan de fiscale behandeling van het voordeel van werkpaleis Noordeinde en woonpaleis Huis ten Bosch worden ingeregeld. Voor dit soort problemen zijn al lang geleden oplossingen bedacht.

De wijze waarop de BPM-vrijstelling opeens vrijwillig blijkt te zijn ingeruild door de Koning staat in schril contrast met het halsstarrig vasthouden aan de inkomstenbelastingvrijstelling door de premier. Of heeft het juist met elkaar te maken?

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Autobelastingen
Publicatiedatum
23 januari 2024
NLF-nummer
NLF-P 2024/2
Auteur(s)
mr. dr. M.P.A. Spanjers
Spanjers

Naar de bovenkant van de pagina