Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Deze zaak gaat over de vraag of Klein Schiphorst recht had op behoud van zijn werkloosheidsuitkering bij het zoeken naar werk in Zwitserland na drie maanden.
Dit is het voorwerp van de prejudiciële verwijzing door de Centrale Raad van Beroep (Nederland), die in essentie betrekking heeft op de uitlegging van artikel 64, lid 1, onderdeel c, Verordening 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels.
Het HvJ verklaart het volgende voor recht:
Artikel 64, lid 1, onderdeel c, Verordening 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels, moet aldus worden uitgelegd dat deze bepaling niet in de weg staat aan een nationale maatregel, zoals die in het hoofdgeding, waarbij het bevoegde orgaan wordt voorgeschreven in beginsel elk verzoek om verlenging van de export van een werkloosheidsuitkering na drie maanden te weigeren, tenzij weigering van dat verzoek naar het oordeel van dit orgaan tot een onredelijke uitkomst zou leiden.

Metadata

Rubriek(en)
Sociale verzekeringen
Belastingtijdvak
2018
Instantie
HvJ
Datum instantie
21 maart 2018
Rolnummer
C-551/16
ECLI
ECLI:EU:C:2018:200

Naar de bovenkant van de pagina