Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een artsenechtpaar rekende het praktijk/woonpand geheel tot hun ondernemingsvermogen. Toen zij elders een praktijkruimte betrokken, ging dat praktijk/woonpand naar hun privévermogen over. De Hoge Raad is het met het hof eens dat de waarde voor wat betreft het woongedeelte op de rendementswaarde moet worden gesteld. Over het praktijkgedeelte klaagt de staatssecretaris ten onrechte, want dat had het hof al voor de vrije waarde in zijn taxatie opgenomen. Voor een vergelijking met een huurder, die van de verhuurder zijn huis kan kopen, is geen goede redenen aanwezig. Ook vindt de Hoge Raad niet dat het pand bij de aanschaffing aan de hand van een onttrekking - wegens bewoning - op een lagere waarde had moeten gesteld. Die onttrekking wordt van jaar tot jaar geboekt. Wel moet nog naar een eventuele desinvesteringsbetaling gekeken worden.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
1993
Instantie
HR
Datum instantie
14 juni 2000
Rolnummer
35.550
ECLI
ECLI:NL:HR:2000:AA6212

Naar de bovenkant van de pagina