Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

De onderhavige zaak betreft een prejudiciële verwijzing van Rechtbank Noord-Holland over de geldigheid van Uitvoeringsverordening 501/2013, waarmee de Raad van de Europese Unie het definitieve antidumpingrecht van 48,5% op de invoer van rijwielen van oorsprong uit China, heeft uitgebreid tot de invoer van rijwielen verzonden uit, onder andere, Sri Lanka.
De verordening is door het Gerecht van de EU nietig verklaard bij arrest van 19 maart 2015 (T-413/13, niet gepubliceerd), in hogere voorziening door het HvJ bevestigd bij arrest van 26 januari 2017 (C-248/15 P, ECLI:EU:C:2017:62), voor de enige Sri Lankaanse producent die daartegen beroep tot nietigverklaring had ingesteld, te weten de onderneming City Cycle Industries.
Rechtbank Noord-Holland twijfelt of Uitvoeringsverordening 501/2013 voor zover betrekking hebbend op twee producent-exporteurs, te weten Kelani Cycles en Creative Cycles, geldig is. Zij heeft aan het HvJ gevraagd of de verordening geldig is voor zover zij betrekking heeft op beide producent-exporteurs. De vragen zijn opgekomen in een procedure over aan een importeur van rijwielen (Trace Sport) uitgereikte utb’s ten bedrage van respectievelijk € 229.990,88 en € 234.275,37 aan antidumpingrechten.
Het HvJ antwoordt op de vragen dat de litigieuze verordening ongeldig is voor zover zij van toepassing is op de invoer van vanuit Sri Lanka verzonden rijwielen, ongeacht of deze al dan niet als van oorsprong uit Sri Lanka zijn aangegeven.

Metadata

Rubriek(en)
Douane
Belastingtijdvak
27 september 2012 t/m 5 juni 2013
Instantie
HvJ
Datum instantie
19 september 2019
Rolnummer
C-251/18
ECLI
ECLI:EU:C:2019:766

Naar de bovenkant van de pagina