Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Een man exploiteert met zijn zus in vof-vorm onroerende zaken. Zij hebben hun vader gemachtigd om zowel namens de vof als namens hen beiden in privé op te treden.
De vader heeft in 1996 een industrieterrein gekocht. Het industrieterrein is in 1997 geleverd. In de akte van levering is opgenomen dat het industrieterrein wordt verkocht aan de vof.
In 2001 heeft de vof het industrieterrein verkocht. Het met de verkoop behaalde voordeel is niet in de aangifte van de man opgenomen.
De inspecteur heeft het behaalde voordeel bij de man als winst uit onderneming nagevorderd.
Rechtbank Arnhem heeft geoordeeld dat de inspecteur ter zitting zijn primaire stelling dat sprake is van een nieuw feit heeft laten varen, dat de man echter te kwader trouw is geweest en dat de inspecteur om die reden bevoegd was om na te vorderen. Verder heeft de Rechtbank geoordeeld dat op geen enkele wijze is gebleken dat het bij de verkoop in 2001 behaalde voordeel niet aan de man, als firmant van de vof, is toegevloeid en dat van kosten die op het behaalde resultaat in mindering zouden kunnen worden gebracht evenmin is gebleken.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat de inspecteur zijn stelling dat sprake is van een nieuw feit niet uitdrukkelijk en ondubbelzinnig heeft ingetrokken. Het oordeelt dat de inspecteur geen ambtelijk verzuim heeft begaan en dat de inspecteur op basis van een nieuw feit kan navorderen. Of sprake is van kwade trouw hoeft niet meer te worden beantwoord.
Volgens het Hof heeft de inspecteur aannemelijk gemaakt dat de vof een onderneming drijft en dat het met de verkoop van het industrieterrein behaalde voordeel in het kader van die onderneming door de man als firmant is gerealiseerd.
De inspecteur heeft het voordeel voorts terecht bepaald op een bedrag van € 374.006 en daarvan de helft aan de man toegerekend.
De navorderingsaanslag is derhalve voor het juiste bedrag aan de man opgelegd. Het hoger beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Belastingtijdvak
2001
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
1 juli 2014
Rolnummer
12/00506
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2014:5312
bwbid=bwbr0&artikel=16

Naar de bovenkant van de pagina