Navordering van met omkering van de bewijslast vastgestelde verzwegen omzet / boete verminderd in verband met omkering van de bewijslast en overschrijding van redelijke termijn / stelling dat nieuw feit ontbreekt als tardief verworpen

Samenvatting

In deze zeer uitvoerige uitspraak wordt beslist over de (navorderings)aanslagen IB 2000, 2001, 2002 en 2003 inclusief een aanslag WAZ van een handelaar in gebruikte auto’s, tevens bemiddelaar bij de verkoop van (vakantie)woningen in Spanje.
Na een boekenonderzoek had de inspecteur geoordeeld dat de man:
(1) ten onrechte 90% van de winst aan zijn echtgenote had toegerekend terwijl zij in feite niet in de onderneming actief is;
(2) niet aan zijn administratieve en inlichtingenverplichtingen heeft voldaan;
(3) een aangifte niet tijdig heeft gedaan en
(4) dat een negatieve kas kan worden berekend.
Op basis daarvan heeft hij de bewijslast terecht omgekeerd. Aan de hand van gegevens van een derde beslist het Hof dat een deel van de omzet van de auto’s niet geboekt is. En aan de hand van onvoldoende verklaarde boekingen op een rekening die samenhangt met de bemiddeling van de woningverkoop in Spanje, geldt daarvoor hetzelfde.
Dat rechtvaardigt een forse correctie van de verantwoorde winst. Die correcties acht het Hof op enkele kleine omissies na terecht en alleszins verantwoord.
Ook aanvaardt het correcties op aftrekposten die onvoldoende bewezen zijn, maar het staat wel aftrek toe van de BTW die naar aanleiding van het onderzoek wordt nageheven.
In deze uitspraak wordt de stelling van de man dat er geen nieuw feit is omdat de primitieve aanslagen zijn opgelegd toen het boekenonderzoek in volle gang was, als tardief verworpen. Dat geldt ook voor de bewering dat de inspecteur met schending van zijn ambtsgeheim bij derden inlichtingen ingewonnen heeft. Tenslotte zijn de boetes gematigd in verband met de omkering van de bewijslast en de overschrijding van de redelijke termijn.