Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft de Jordaanse nationaliteit. Voor het volgen van een studie is X op 18 april 2014 naar Nederland gekomen. In dat verband is haar een verblijfstitel voor bepaalde tijd afgegeven tot 30 september 2015. X heeft haar studie afgerond in september 2015. Zij heeft vervolgens gebruik gemaakt van de regeling ‘zoekjaar afgestudeerden’ om een baan te vinden in Nederland. In verband daarmee is haar een tweede verblijfstitel voor bepaalde tijd gegeven tot 18 september 2016. Op 26 april 2016 is X in dienst getreden bij werkgever A. Het arbeidscontract is aangegaan voor onbepaalde tijd. Daarop is haar een derde verblijfstitel voor bepaalde tijd gegeven tot uiterlijk 19 mei 2021. Die derde verblijfstitel gaf recht op verblijf met ingang van 26 mei 2016 en arbeid als kennismigrant.

In geschil is of de Inspecteur toepassing van de 30%-regeling terecht heeft geweigerd. Beslissend daarbij is of X is aan te merken als ingekomen werknemer. Het geschil spitst zich toe op de vraag of X bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst naar de maatstaf van artikel 4 AWR in Nederland woonde.

Voorafgaand aan het aangaan van de arbeidsovereenkomst bevond X zich in een positie waarbij zij ervan uit moest gaan dat zij niet gedurende langere tijd legaal in Nederland mocht blijven. Hof Amsterdam oordeelt dat het enkel verblijf in Nederland voor het volgen gedurende ongeveer anderhalf jaar van een studie en het vervolgens zoeken naar een baan, onvoldoende is voor een duurzame band van persoonlijke aard met Nederland. Van belang hierbij is dat sprake was van een aflopend verblijfsrecht in Nederland. Ook de overige omstandigheden leiden volgens het Hof tot het oordeel dat X ten tijde van het aangaan van de arbeidsovereenkomst met de werkgever niet in Nederland woonde. De bewijsregel kan derhalve toepassing vinden.

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Belastingtijdvak
1 januari 2017 e.v.
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
29 oktober 2019
Rolnummer
18/00624
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2019:4616
NLF-nummer
NLF 2020/0124
Aflevering
9 januari 2020
bwbr0002320&artikel=4,bwbr0002320&artikel=4,bwbr0002471&artikel=31a&lid=8,bwbr0002489&artikel=10e&lid=2,bwbr0002489&artikel=10e&lid=2

Naar de bovenkant van de pagina