Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

A GmbH levert goederen in verschillende afmetingen en uitvoeringen die door haar als kalverhutten of kalveriglo’s worden aangeduid en bedoeld zijn om kalveren in te huisvesten zolang deze worden grootgebracht.

Met dit verzoek om een prejudiciële beslissing wenst het Bundesfinanzhof (hoogste federale rechter in belastingzaken, Duitsland) van het HvJ te vernemen of de kunststof kalverhutten ‘geprefabriceerde bouwwerken’ zijn, die vallen onder hoofdstuk 94 van de GN (tarief 2,7%) dan wel ‘kunststof en werken daarvan’, die vallen onder hoofdstuk 39 (tarief 6,5%).

A-G Collins geeft het HvJ in overweging om op de vragen te antwoorden dat de GN aldus moet worden uitgelegd dat een geprefabriceerd bouwwerk als bedoeld in post 9406: (i) een ruimte niet aan alle zijden volledig hoeft te omsluiten; (ii) groot genoeg moet zijn om door een persoon van gemiddelde lengte te kunnen worden betreden en ten minste één ruimte moet hebben die deze persoon rechtop kan betreden en (iii) duurzaam en stabiel moet zijn.

Metadata

Rubriek(en)
Douane
Belastingtijdvak
2015
Instantie
A-G HvJ
Datum instantie
18 januari 2024
Rolnummer
C-104/23
ECLI
ECLI:EU:C:2024:66
Auteur(s)
mr. G.J. van Slooten
Deloitte
NLF-nummer
NLF 2024/0260
Aflevering
30 januari 2024
Judoregnummer
JCDI:NFB6221

Naar de bovenkant van de pagina