Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

De in België gevestigde kredietinstelling Argenta Spaarbank heeft in de jaren 2000 en 2001 interestlasten in aftrek gebracht. Omdat Argenta in het betrokken belastbare tijdperk ook vrijgestelde dividenden ontving uit aandelen in ondernemingen die nog geen jaar werden behouden, stelt de Belgische belastingdienst dat de interestlasten ten belope van deze dividendinkomsten niet aftrekbaar zijn. Dat volgt uit een Belgische regeling. Een verband tussen de betaalde interest en de deelnemingen is daarbij irrelevant.

De Belgische rechter heeft aan het HvJ gevraagd of de Moeder-dochterrichtlijn zich tegen deze Belgische regeling, zoals van toepassing voor de aanslagjaren 2000 en 2001, verzet.

Volgens het HvJ is dat het geval. Artikel 4, lid 2, Moeder-dochterrichtlijn verzet zich tegen een nationale regeling, op grond waarvan de interesten die een moedermaatschappij in het kader van een lening heeft betaald, niet kunnen worden afgetrokken van haar belastbare winst tot een bedrag gelijk aan dat van de – reeds fiscaal aftrekbare – dividenden die zij ontvangt uit deelnemingen in het kapitaal van dochterondernemingen die zij minder dan één jaar in bezit heeft, hoewel deze interesten geen betrekking hebben op de financiering van deze deelnemingen. Artikel 1, lid 2, Moeder-dochterrichtlijn staat lidstaten niet toe om een dergelijke nationale bepaling toe te passen voor zover deze bepaling verder gaat dan nodig is om fraude en misbruiken te bestrijden.

Enigszins anders: Conclusie A-G Kokott (NLF 2017/1105, met noot van De Groot).

Belgische renteaftrekbeperking

De onderhavige zaak betreft de mogelijke strijdigheid van een – inmiddels afgeschafte – Belgische renteaftrekbeperking met de Moeder-dochterrichtlijn (hierna: MDR). Op grond van deze aftrekbeperking is betaalde rente niet aftrekbaar tot een bedrag gelijk aan de vrijgestelde dividenden verkregen uit aandelen die op het tijdstip van wederoverdracht niet (ononderbroken) minimaal een jaar zijn behouden. Daarbij is volgens de Belgische wetgeving niet relevant of de rentelasten betrekking hebben op de (financiering van de) deelneming waaruit de vrijgestelde dividenden werden verkregen.

Oordeel HvJ

Metadata

Rubriek(en)
Europees belastingrecht
Belastingtijdvak
2000-2001
Instantie
HvJ
Datum instantie
26 oktober 2017
Rolnummer
C‑39/16
ECLI
ECLI:EU:C:2017:813
Auteur(s)
mr. I.M. de Groot
Meijburg & Co
NLF-nummer
NLF 2017/2672
Aflevering
16 november 2017
Judoregnummer
JCDI:NFB950
,celex32011l0096&artikel=4

Naar de bovenkant van de pagina