Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

In deze procedure is de WOZ-waarde van een woonzorgcentrum per waardepeildatum 1 januari 2016 (€ 5.135.000) in geschil.

Naar het oordeel van Hof Arnhem-Leeuwarden heeft de Heffingsambtenaar met het door hem overgelegde taxatierapport, en de daarop ter zitting gegeven toelichting, niet aannemelijk gemaakt dat de waarde niet te hoog is vastgesteld.

X (bv; belanghebbende) maakt de door haar voorgestane waarde van € 1.900.000 evenmin aannemelijk met het door haar overgelegde taxatierapport. Zij heeft verzocht om in dat geval de eigen transactie in ogenschouw te nemen. X heeft de onroerende zaak op 12 december 2018 in verhuurde staat verkocht voor € 4.285.000. De koper heeft de onroerende zaak op diezelfde dag doorverkocht aan een derde voor circa € 4.900.000. Rekening houdend met een waardestijging van 5% per jaar tussen de waardepeildatum en de transactiedatum (bijna drie jaar) en met het lopende huurcontract, komt X uit op een waarde van € 2.948.423.

Het Hof volgt X niet. De koper was kennelijk in staat om het lopende huurcontract open te breken en daarmee een verkoopwinst te behalen bij de verkoop aan een derde. Of en in hoeverre de verkoopprijs moet worden gecorrigeerd wegens het lopende huurcontract, is onduidelijk gebleven. Ook de waardestijging van 5% is niet genoeg onderbouwd. Het Hof stelt de waarde van het woonzorgcentrum in goede justitie vast op € 4.700.000.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2017
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
9 juni 2020
Rolnummer
18/01217
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2020:4440
NLF-nummer
NLF 2020/1473
Aflevering
25 juni 2020
bwbr0007119&artikel=17,bwbr0007119&artikel=17

Naar de bovenkant van de pagina