Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Hof Den Haag heeft in deze zaak - die handelt over een beschikking aansprakelijkstelling - een immateriƫle schadevergoeding toegekend omdat de redelijke termijn na de bezwaarfase is overschreden. Het Hof heeft zonder de minister van Veiligheid en Justitie in de zaak te betrekken geoordeeld dat aan deze Minister een verplichting tot schadevergoeding ad 500 euro wordt opgelegd.
Aldus heeft het Hof, gelet op het arrest van de Hoge Raad van 10 juni 2011, nr. 09/052639, ten onrechte deze Minister de mogelijkheid onthouden om zich uit te laten over een mogelijke rechtvaardiging van de overschrijding van de redelijke termijn, beslist de Hoge Raad.
Het incidentele cassatieberoep van de Staatssecretaris is gegrond.
Het cassatieberoep van de belastingplichtige doet de Hoge Raad af met toepassing van artikel 81 van de Wet RO.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2007
Instantie
HR
Datum instantie
7 juni 2013
Rolnummer
12.03118
ECLI
ECLI:NL:HR:2013:CA2313
bwbid=bwbr0&artikel=8:26,bwbr0005537&artikel=8:26&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina