Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

X (bv; belanghebbende) exploiteert een uitzend- en detacheringsorganisatie met een focus op de sectoren groen, bouw en grond-, weg- en waterbouw. Zij plaatst ook mensen met een achterstand tot de arbeidsmarkt. Voor deze medewerkers wordt in sommige gevallen een beroep gedaan op de premiekortingen van de Wfsv (tekst 2014-2017). De Inspecteur heeft een gedeelte van de in aanmerking genomen premiekorting met een naheffingsaanslag loonheffingen gecorrigeerd. Voorts zijn verzuimboetes opgelegd.

Bij Hof Amsterdam is de juiste toepassing van de premiekorting oudere werknemers als bedoeld in artikel 47 Wfsv in geschil aangaande werknemers A en B.

Het Hof ziet geen grond voor het oordeel dat er voor een werknemer slechts één premiekortingsperiode gaat lopen en wel bij de aanvang van de eerste kwalificerende dienstbetrekking. Ook een latere nieuwe dienstbetrekking kan dienen als start voor de premiekortingsperiode (zie ook Hof Arnhem-Leeuwarden 18 april 2023, 21/01824, ECLI:NL:GHARL:2023:3355, NLF 2023/1071).

Hoewel het Hof het standpunt van X volgt aangaande de ingangsdatum van de premiekortingsperiode resulteert dit niet in een vermindering van de naheffingsaanslag omdat, kort gezegd, X niet het van haar verlangde bewijs voor de door haar voorgestane einddata levert.

Door Rechtbank Noord-Holland is de verzuimboete voor 2016 verminderd tot € 1.498 en die voor 2017 tot € 2.650. Voor een verdere vermindering van de boetes in verband met een pleitbaar standpunt is volgens het Hof geen plaats.

Het hoger beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Belastingtijdvak
2014-2017
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
30 april 2024
Rolnummer
22/430
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2024:1449
NLF-nummer
NLF 2024/1434
Aflevering
18 juni 2024
bwbr0017745&artikel=47,bwbr0017745&artikel=47

Naar de bovenkant van de pagina