Direct naar content gaan

Samenvatting

Enkele maanden geleden wees het Hof van Justitie arrest in de procedure van OGL-Food Trade. In dat arrest oordeelde het HvJ dat in beroep tegen een beschikking van een douaneautoriteit tot vaststelling van de douaneschuld een rechterlijke instantie niet ambtshalve en voor het eerst vragen kan opwerpen, ook niet als deze zouden rijzen in het kader van het onderzoek van een argument van een partij die een beschikking van de douaneautoriteiten tot vaststelling van de douaneschuld betwist. Dat oordeel wijst erop dat de rechtmatigheid van een beschikking die in beroep wordt bestreden, moet worden beoordeeld op basis van de elementen die een autoriteit  ter beschikking stonden op het moment van het nemen van die beschikking. Als dat zo is, dan rijst de vraag of dat alleen geldt voor situaties waarin een douaneschuld wordt vastgesteld (‘de beperkte uitleg’), of ook elders in het douanerecht geldt en wellicht zelfs in alle situaties waarin het Unierecht ten uitvoer wordt gebracht (‘de ruime uitleg’). In deze bijdrage zal Gooike van Slooten op zoek gaan naar het antwoord op deze en andere vragen.

Walter de Wit heeft een referentie-artikel ‘Het arrest OGL-Food en de ambtshalve toetsing aan het Unierecht’ op deze bijdrage geschreven in NLF-W 2024/27.
bwbr0023746~artikel_8:2,celex32013r0952~artikel_44,celex32013r0952~artikel_173,bwbr0002320~artikel_10a,bwbr0002320~artikel_65,bwbr0002633~artikel_15,bwbv0001506~artikel_288

Naar de bovenkant van de pagina