Direct naar content gaan

Samenvatting

A-PACK CZ is een Tsjechische btw-plichtige vennootschap waarvan één van haar opdrachtgevers, de vennootschap Delpharmea Nutraceuticals in een op 27 mei 2009 ingeleide insolventieprocedure was verwikkeld. In haar belastingaangifte voor het vierde kwartaal van belastingjaar 2011 heeft A-PACK CZ verzocht om teruggaaf van een bedrag van 539.822 Tsjechische kronen (ongeveer € 21.000), met name vanwege een herziening van het btw-bedrag als gevolg van niet-gehonoreerde schuldvorderingen van deze vennootschap met betrekking tot goederenleveringen en diensten die tussen 30 oktober 2008 en 2 februari 2009 waren verricht. Volgens de Tsjechische belastingdienst kan het belastingbedrag niet worden herzien wanneer de schuldenaar niet langer btw-plichtig is, wat sinds 3 november 2011 voor Delpharmea Nutraceuticals het geval was.

De Nejvyšší správní soud (hoogste bestuursrechter, Tsjechië) heeft hierover aan het HvJ prejudiciële vragen gesteld.

Het HvJ verklaart voor recht dat de Tsjechische Wet op de omzetbelasting op dit punt strijdig is met artikel 90 Btw-richtlijn.

Geen verschuldigdheid van btw bij niet-betaling

Het is een fundamenteel beginsel van de Btw-richtlijn dat een belastingplichtige ondernemer niet meer btw verschuldigd kan zijn dan de btw die besloten ligt in de tegenprestatie die hij daadwerkelijk heeft ontvangen. Om deze reden kan de belastingdienst ook niet meer btw ontvangen dan door de belastingplichtige van diens afnemer is geïnd. Nu artikel 73 Btw-richtlijn voor de maatstaf van heffing aansluit bij hetgeen de belastingplichtige verkrijgt of moet verkrijgen voor zijn prestatie, is het daarom noodzakelijk dat artikel 90, lid 1, Btw-richtlijn lidstaten onder andere dwingt tot verlaging van de maatstaf van heffing, wanneer de belastingplichtige de tegenprestatie geheel of gedeeltelijk niet ontvangt.

De lidstaat zal in dat geval ook de aftrek van de (niet-betaalde) btw bij de afnemer willen herzien, omdat het anders btw teruggeeft die het niet ontvangt. Artikel 185, lid 2, Btw-richtlijn voorziet in deze mogelijkheid voor lidstaten. In de praktijk zal deze herziening echter niet altijd succesvol zijn, omdat de niet-betaling vaak samenhangt met een faillissement van de afnemer. Dit heeft dan geregeld tot gevolg dat ook de vordering van de fiscus op die afnemer onbetaald blijft. 

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
2008-2009
Instantie
HvJ
Datum instantie
8 mei 2019
Rolnummer
C‑127/18
ECLI
ECLI:EU:C:2019:377
NLF-nummer
NLF 2019/1173
Aflevering
23 mei 2019
Judoregnummer
JCDI:NFB2491
celex32006l0112&artikel=73,celex32006l0112&artikel=90,bwbr-btw-ri&artikel=73,bwbr-btw-ri&artikel=90,bwbr0002629&artikel=29,bwbr0002629&artikel=29

Naar de bovenkant van de pagina