Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

X (belanghebbende) is eigenaar en gebruiker van een melkveebedrijf met bedrijfswoning uit 1935. De onroerende zaak omvat een bedrijfsgebouw, een daaraan verbonden woning, een berging, een kantoor, stallen, mestkelders, een plaat-/gleufsilo, werktuigbergingen, luifels, garages en bestrating/erfverharding.

De Heffingsambtenaar heeft de waarde van de onroerende zaak naar de waardepeildatum 1 januari 2015 vastgesteld op € 421.000. Tussen partijen is de WOZ-waarde niet (langer) in geschil.

In geschil is de aan X opgelegde aanslag OZB (gebruiker niet-woning) voor het jaar 2016.

Voor het bepalen van de heffingsgrondslag van de gebruikersbelasting moet de woondelenvrijstelling in mindering worden gebracht op de WOZ-waarde (vgl. HR 3 juni 2016, ECLI:NL:HR:2016:1040). Dat is in casu niet gebeurd. De woondelenvrijstelling stelt Hof Den Bosch op basis van het door de Heffingsambtenaar overgelegde taxatierapport vast op afgerond € 319.000. De heffingsgrondslag wordt met dit bedrag verminderd tot € 102.000.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2016
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
19 juli 2018
Rolnummer
17/00361
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2018:3063
NLF-nummer
NLF 2018/2271
Aflevering
25 oktober 2018
bwbr0005416&artikel=220e,bwbr0005416&artikel=220e

Naar de bovenkant van de pagina