Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

X (belanghebbende) was in de jaren 2012 en 2013 werkzaam als ziekenverzorgende. Zij verleende AWBZ-gefinancierde 24-uurszorg in natura aan (met name) terminale patiënten. X verrichte deze werkzaamheden uitsluitend door tussenkomst van respectievelijk vijf (2012) en twee (2013) Wtzi-erkende instellingen.

Op 24 november 2011 is aan X een VAR-wuo gegeven voor het jaar 2012, op 3 september 2012 voor het jaar 2013.

De Inspecteur heeft de inkomsten uit de hiervoor vermelde werkzaamheden bij de aanslagregeling niet aangemerkt als winst uit onderneming, maar als resultaat uit overige werkzaamheden (2012) respectievelijk loon (2013).

Hof Arnhem-Leeuwarden heeft het beroep van X op gewekt vertrouwen door de afgegeven VAR- beschikkingen verworpen. Het heeft daartoe overwogen dat X de vragen van de aanvraagformulieren voor de VAR voor de jaren 2012 en 2013 op essentiële onderdelen onjuist en onvolledig heeft beantwoord.

X heeft met succes cassatieberoep ingesteld tegen dit oordeel van het Hof.

Het Hof heeft voor nagenoeg alle vragen van de aanvraagformulieren voor de VAR nagelaten te beoordelen of X die vragen redelijkerwijs heeft mogen opvatten zoals zij heeft gedaan. Dit is echter van belang om te beoordelen of X de vragen juist en volledig heeft beantwoord. Voor het geval de vragen onjuist of onvolledig zijn beantwoord, heeft het Hof nagelaten te beoordelen of X redelijkerwijs had moeten weten dat de Inspecteur op basis van de gegeven antwoorden niet in staat was de aanvraag voor de VAR goed en volledig op haar fiscale merites te beoordelen.

De klachten met betrekking tot het oordeel van het Hof over de verwerping van het beroep op het vertrouwensbeginsel slagen in zoverre. De Hoge Raad verwijst hierbij naar r.o. 4.6.2 en 4.6.4 van het arrest van de Hoge Raad van 18 februari 2022 (19/03185, ECLI:NL:HR:2022:269, NLF 2022/0457, met noot van Gruson).

De zaak is verwezen naar Hof Den Bosch. Het verwijzingshof moet opnieuw ten volle onderzoeken of het beroep van X op het vertrouwensbeginsel slaagt.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2012-2013
Instantie
HR
Datum instantie
24 februari 2023
Rolnummer
21/00161
ECLI
ECLI:NL:HR:2023:292
Auteur(s)
dr. F.M. Werger
Werger Fiscaal Advies B.V.
NLF-nummer
NLF 2023/0735
Aflevering
6 april 2023
Judoregnummer
JCDI:NFB5691
bwbr0011353&artikel=3.156,bwbr0011353&artikel=3.156

Naar de bovenkant van de pagina