Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

De Staat der Nederlanden vordert in dit kort geding dat een vereniging en haar bestuurders worden veroordeeld om te stoppen met het geven van belastingadvies dat volgens de Staat overduidelijk onjuist is. Dat advies houdt, kort gezegd, in dat alle betalingen aan een anbi en daarmee ook betalingen aan de Staat en de Belastingdienst, als gift van de belasting kunnen worden afgetrokken. Daarnaast vordert de Staat dat de vereniging en haar bestuurders de medewerkers van de Belastingdienst niet meer mogen benaderen met bepaalde uitlatingen en ook anderen niet meer mogen adviseren dat te doen.

De voorzieningenrechter (Rechtbank Limburg) oordeelt dat het verstrekken van de overduidelijk onjuiste en misleidende informatie over de fiscale aftrekbaarheid van betalingen aan anbi’s onrechtmatig is tegenover de Staat / de Belastingdienst.

De voorzieningenrechter stelt daarbij voorop dat het in beginsel niet onrechtmatig is jegens de Staat / de Belastingdienst om fiscaal advies te verstrekken dat in strijd is met het standpunt dat door de Belastingdienst wordt gehuldigd omtrent een fiscale kwestie. Het kan immers legitiem zijn om (een geadviseerde, met behulp van het omstreden advies, in staat te stellen) te proberen de Belastingdienst, eventueel na een gang naar de belastingrechter, op andere gedachten te brengen en daarmee te laten afwijken van een eerder ingenomen standpunt.

Dat is echter anders, indien, zoals in dit geval, het verstrekte advies / de verstrekte informatie evident onjuist is, de vereniging die evidente onjuistheid kent, of moet kennen, er geen redelijke verwachting is dat de Staat / de Belastingdienst zal afwijken van een eerder ingenomen standpunt en ook de belastingrechter daarover niet anders zal oordelen dan hij eerder deed en, ten slotte, dat het advies tot aanzienlijke schade leidt voor de Staat / de Belastingdienst, terwijl die schade voorzienbaar was.

Volgens de voorzieningenrechter handelt de vereniging ook onrechtmatig jegens de Belastingdienst, door zijn ambtenaren er van te betichten dat zij onbevoegd zijn en/of frauduleus handelen.

De vereniging moet stoppen met het geven van de onjuiste adviezen en informatie op straffe van een dwangsom.

Ook heeft de voorzieningenrechter de vereniging en haar bestuurders bevolen om een mededeling te plaatsen op de website en andere (nieuws)kanalen waarvan zij gebruikmaken.

Metadata

Rubriek(en)
Civiel recht
Belastingtijdvak
2022 e.v.
Instantie
Rechtbank Limburg
Datum instantie
8 november 2023
Rolnummer
C/03/322326 / KG ZA 23-342
ECLI
ECLI:NL:RBLIM:2023:6530
Auteur(s)
mr. Y.E.J. Geradts
Geradts & Vetter Advocaten
NLF-nummer
NLF 2023/2632
Aflevering
23 november 2023
Judoregnummer
JCDI:NFB6094

Naar de bovenkant van de pagina