Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een importeur heeft op 14 maart 2011 met betrekking tot de registratie in het Nederlandse kentekenregister van een Audi, type A3 Sportback, afkomstig uit een andere lidstaat van de Europese Unie, een bedrag van € 451 aan BPM op aangifte voldaan.
De inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar ter zake van de voldoening op aangifte een teruggaaf verleend van € 53 omdat dit bedrag aan belasting in strijd met het Unierecht is geheven.
De inspecteur heeft hierbij € 2 aan rente vergoed.
Hof Den Haag beslist in deze proefprocedure dat de inspecteur gehouden is een passende rente te vergoeden over in strijd met de regels van de EU geheven BPM.
Het stelt het rentepercentage op 4, steeds de hoogste van de wettelijke rente en de invorderingsrente.
Die rente wordt vergoed over de periode waarin de kentekenhouder dat BPM-bedrag kwijt was (zie: het Irimie-arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 18 april 2013, C-565/11).
De rentevergoeding over € 53 berekent het Hof in deze zaak, naar boven afgerond op een heel bedrag, op € 3, met welk bedrag de rente die reeds is vergoed, € 2, dient te worden verrekend.
De kentekenhouder, aan wie de passende rente wordt vergoed, heeft voorts recht op een proceskostenvergoeding. Het Hof berekent de vergoeding voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand op forfaitaire wijze.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Belastingtijdvak
2011
Instantie
Hof Den Haag
Datum instantie
25 juli 2014
Rolnummer
13/01347
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2014:2531

Naar de bovenkant van de pagina