Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Verwijzingszaak HR 22 december 2017, ECLI:NL:HR:2017:3227, NLF 2018/0028.

De Heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam heeft aan X (belanghebbende) in 2015 een legesaanslag opgelegd ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het terugplaatsen van een dakopbouw. De leges zijn geheven op basis van de tarieventabel die behoort bij de Verordening leges omgevingsvergunning 2015. In de tabel zijn vaste legesbedragen vastgesteld voor een bepaalde bandbreedte aan bouwkosten (tariefklasse), waarbij de legesbedragen hoger worden indien een hogere tariefklasse van toepassing is.

De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het door Rotterdam gehanteerde zaagtandtarief geoorloofd is (zie HR 30 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1174, NLF 2017/1633).

De zaak was verwezen naar Hof Amsterdam voor behandeling van door Rechtbank Den Haag onbehandeld gelaten geschilpunten.

Verwijzingshof Amsterdam verwerpt de stellingen van X dat het terugplaatsen van de dakopbouw vergunningvrij is en dat ten laste van X ter zake van hetzelfde belastbare feit tweemaal leges zijn geheven. Het standpunt dat de in aanmerking te nemen bouwkosten € 14.904,81 bedragen, volgt het verwijzingshof evenmin. Het acht aannemelijk dat de bouwkosten meer dan € 15.400,01 bedragen. Gelet op de toepasselijke tarieventabel, op grond waarvan het tarief € 1.072 bedraagt bij in aanmerking te nemen bouwkosten vanaf € 15.400,01 (t/m 35.900), is de aanslag bij de bestreden uitspraak op bezwaar niet op een te hoog bedrag vastgesteld.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2015
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
18 december 2018
Rolnummer
17/00611
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2018:4979
NLF-nummer
NLF 2019/0345
Aflevering
7 februari 2019
bwbr0005416&artikel=229,bwbr0005416&artikel=229

Naar de bovenkant van de pagina