Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) is geboren in 1962 en woont in Italië. Op 2 augustus 2018 overleed haar zus (hierna: erflaatster). Erflaatster was geboren in 1952. Zij woonde met haar echtgenoot B in Nederland en had ten tijde van haar overlijden de Nederlandse en de Italiaanse nationaliteit.

Erflaatster heeft een appartement, gelegen in Italië, gelegateerd aan X. Erflaatster had dit appartement een jaar vóór haar overlijden geërfd van een in Italië wonende oom.

In de aangifte erfbelasting is onder meer vermeld dat X een legaat heeft ontvangen met een waarde van € 113.000 en dat daarover in Italië € 780 belasting was betaald.

Aan X is een aanslag erfbelasting opgelegd, berekend naar een belastbare verkrijging van € 110.853. De in de aangifte vermelde Italiaanse belasting van € 780 is geheel verrekend met de over het legaat berekende Nederlandse erfbelasting van € 33.255.

X stelt in hoger beroep dat de aanslag erfbelasting in strijd met het non-discriminatiebeginsel is opgelegd.

Hof Amsterdam verklaart het hoger beroep ongegrond.

Aangezien erflaatster ten tijde van haar overlijden in Nederland woonde, is er een wettelijke grondslag om in Nederland erfbelasting te heffen. Het beroep op de non-discriminatiebepaling van artikel 25, lid 1 en 5, Verdrag Nederland-Italië wordt door het Hof verworpen. Er is ook geen sprake van dubbele belastingheffing waarvoor in de Aanbeveling van de Europese Commissie van 15 december 2011, 2011/856 een oplossing wordt aangedragen. De Italiaanse belasting is immers volledig verrekend met de Nederlandse erfbelasting. Het Hof merkt verder op dat de belasting op nalatenschappen binnen de Europese Unie niet is geharmoniseerd. Verder bevat noch het Europese recht, noch het belastingverdrag een bepaling die Nederland verplicht om dezelfde belastingtarieven en vrijstellingen als die van Italië te hanteren.

De Hoge Raad heeft op 18 augustus 2023 het beroep in cassatie tegen deze uitspraak verworpen onder verwijzing naar artikel 81 Wet RO (23/00162)

Metadata

Rubriek(en)
Schenk- en erfbelasting
Internationaal belastingrecht
Belastingtijdvak
2018
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
24 november 2022
Rolnummer
21/00320
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2022:3817
Auteur(s)
mr. T.C. Hoogwout
Erasmus Universiteit Rotterdam / Zelfstandig belastingadviseur
NLF-nummer
NLF 2023/0663
Aflevering
30 maart 2023
Judoregnummer
JCDI:NFB5678
bwbr0002226&artikel=1,bwbr0002226&artikel=1,bwbr0002320&artikel=4,bwbr0002320&artikel=4,bwbr0012095&artikel=47,bwbr0012095&artikel=47,bwbr0012095&artikel=50,bwbr0012095&artikel=50

Naar de bovenkant van de pagina