Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Op basis van een regionaal vastgestelde regeling hebben de inwoners van de Italiaanse regio Friuli-Venezia Giulia recht op een prijsverlaging voor benzine en dieselolie ‘aan de pomp’. In het kader van de uitvoering van deze regeling schieten de brandstofleveranciers het bedrag van de prijsverlagingen voor aan de exploitanten van de verkooppunten en verzoeken zij deze regio vervolgens om teruggave ervan.

Volgens de Europese Commissie (hierna: de Commissie) komt de kortingsregeling neer op een onrechtmatige verlaging van de accijnzen in de vorm van een teruggave, die inbreuk maakt op het beginsel van een minimumbelasting en van één enkele belasting per product en per gebruik op het gehele grondgebied van de Italiaanse Republiek (Richtlijn 2003/96). De Commissie heeft aan het HvJ verzocht om vast te stellen dat Italië op hem rustende bepalingen van deze richtlijn niet is nagekomen.

Volgens het HvJ heeft de Commissie niet rechtens genoegzaam aangetoond dat de Italiaanse Republiek, door de bijdrageregeling in te voeren een accijnsverlaging heeft vastgesteld in de vorm van een teruggave van het belastingbedrag, en derhalve evenmin heeft aangetoond dat die lidstaat de krachtens artikel 4 en 19 Richtlijn 2003/96 op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen. Het beroep van de Commissie wordt daarom verworpen.

Conform Conclusie A-G De la Tour (NLF 2020/1902, met noot van Betjes).

Metadata

Rubriek(en)
Europees belastingrecht
Accijnzen
Belastingtijdvak
1995 e.v.
Instantie
HvJ
Datum instantie
14 januari 2021
Rolnummer
C‑63/19
ECLI
ECLI:EU:C:2021:18
Auteur(s)
mr. E.M. van Doornik
Loyens & Loeff
NLF-nummer
NLF 2021/0262
Aflevering
4 februari 2021
Judoregnummer
JCDI:NFB4095

Naar de bovenkant van de pagina