Direct naar content gaan

Samenvatting

Een energieleverancier levert energie (gas en elektriciteit) aan zogenoemde kleinverbruikers, vrijwel altijd particulieren. De daartoe gesloten contracten gelden, afhankelijk van de keus van de afnemer, voor bepaalde of onbepaalde tijd. Op grond van artikel 95m jo. artikel 95a, lid 1, Elektriciteitswet kunnen deze afnemers hun contract beëindigen. De energieleverancier is met andere woorden altijd verplicht om een opzegging van een contract door een kleinverbruiker te accepteren. In de algemene voorwaarden bij de contracten voor bepaalde tijd is vastgelegd dat de afnemer een vergoeding is verschuldigd als hij het contract beëindigt vóór het verstrijken van de overeengekomen termijn. Deze vergoeding wordt in de energiebranche ook wel ‘opzegvergoeding’ genoemd. De energieleverancier houdt zich bij het bepalen van de hoogte van de opzegvergoedingen aan de Richtsnoeren Redelijke Opzegvergoedingen Vergunninghouders.

Vraag

Is de opzegvergoeding die een kleinverbruiker betaalt voor een tussentijdse beëindiging van een contract voor een bepaalde tijd op basis waarvan de levering van energie reeds is aangevangen, een vergoeding voor een btw-belastbare prestatie van de energieleverancier?

Antwoord

Ja, de opzegvergoeding die een kleinverbruiker betaalt voor een tussentijdse beëindiging van een contract voor een bepaalde tijd op basis waarvan de levering van energie reeds is aangevangen, is een vergoeding voor een btw-belastbare prestatie van de energieleverancier. In een situatie waarin de klanten de minimumcontractduur niet naleven, wordt de contractueel bepaalde beëindigingsvergoeding geacht deel uit te maken van de door de energieleverancier ontvangen vergoeding voor de verleende prestaties (HvJ 11 juni 2020, C-43/19 (Vodafone Portugal), ECLI:EU:C:2020:465, r.o. 41 en 42). Er bestaat derhalve een rechtstreeks verband tussen de opzegvergoeding die de energieleverancier ontvangt, en de prestatie(s) die de energieleverancier jegens de kleinverbruiker op grond van die overeenkomst (heeft) verricht, zijnde de levering van energie. Dat de opzegvergoeding zijn grondslag vindt in de Elektriciteitswet en de Richtsnoeren Redelijke Opzegvergoedingen Vergunninghouders, staat niet in de weg aan het rechtstreekse verband, zo blijkt uit r.o. 68 van het Meo-arrest (HvJ 22 november 2018, C-295/17, ECLI:EU:C:2018:942), en r.o. 45 en 46 van het eerdergenoemde Vodafone-arrest. Voor de bepaling van de plaats van de prestatie en het tarief, wordt aangesloten bij het btw-regime van de oorspronkelijk overeengekomen prestatie, in casu de levering van energie.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Instantie
Belastingdienst
Datum instantie
11 november 2022
Rolnummer
KG:209:2022:1
NLF-nummer
NLF 2022/2597
bwbr0002629&artikel=1,bwbr0002629&artikel=8&lid=2,bwbr0002629&artikel=1

Naar de bovenkant van de pagina