Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

In Amsterdam wordt de controle op het betalen van parkeerbelasting (mede) uitgevoerd met behulp van een zogenoemde ‘scanauto’, die de kentekens van de auto’s die geparkeerd staan registreert en vergelijkt met de in de parkeerapparatuur opgeslagen gegevens van geparkeerde auto’s.

Op 21 december 2015, tijdstip 21:32 uur, heeft een scanauto geconstateerd dat de auto van taxichauffeur X (belanghebbende) stilstond in een parkeervak zonder dat er parkeerbelasting was voldaan. Na nog een fysieke controle om 21:45 uur is om 21:48 uur een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd. In geschil is of de naheffingsaanslag terecht is opgelegd. Het geschil in hoger beroep is toegespitst op de vraag of de auto niet langer heeft stilgestaan dan nodig was voor het onmiddellijk in- of uitstappen van personen, in welk geval heffing van parkeerbelasting achterwege dient te blijven.

Hof Amsterdam acht de stelling van X dat hij na 21.32 uur is weggereden en om 21:45 uur weer op dezelfde locatie is teruggekeerd (met blijkbaar andere passagiers) ongeloofwaardig. Het Hof houdt het ervoor dat de auto (ook) in de periode tussen 21:32 en 21:45 uur onafgebroken geparkeerd heeft gestaan. Op dit punt is het gelijk derhalve aan de Heffingsambtenaar.

X heeft voorts gesteld dat de Heffingsambtenaar in strijd met artikel 8 EVRM heeft gehandeld doordat de naheffingsaanslag (mede) is vastgesteld op basis van door scanauto’s vergaarde gegevens. Het Hof acht de waarborg van artikel 8 EVRM echter niet geschonden. Een nader bewijsaanbod van X ter zitting van het Hof wordt door het Hof als tardief gepasseerd.

Het standpunt van X dat hij op grond van artikel 7:4, lid 4, Awb recht heeft op toezending van het integrale dossier vindt geen steun in de tekst van dat artikel, noch in de wetsgeschiedenis.

De Hoge Raad heeft op 06-07-2018 het beroep in cassatie tegen deze uitspraak verworpen onder verwijzing naar art 81 Wet RO (rolnummer 17/06104)

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2015
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
23 december 2017
Rolnummer
16/00472
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2017:5030
NLF-nummer
NLF 2018/0030
Aflevering
4 januari 2018
bwbr0005416&artikel=225,bwbr0005416&artikel=225,bwbr0005537&artikel=7:4&lid=4,bwbr0005537&artikel=7:4&lid=4,bwbr-evrm &&artikel=8,bwbr-evrm &&artikel=8

Naar de bovenkant van de pagina