Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende), een in Nederland gevestigde tussenhoudster, heeft ter zake van de verwerving van een mediaconcern door een in de Verenigde Staten gevestigde dochtervennootschap, ten behoeve van die dochtervennootschap een voorwaardelijke betalingsverplichting op zich genomen. De verwerving vloeit voort uit een juridische (driehoeks)fusie. De rechtsvoorganger van X is hiertoe op 16 september 2015 een ‘Agreement and Plan of Merger’ (APM) overeengekomen. 

Voor de jaren 2015 en 2016 is in geschil of X ter zake van die voorwaardelijke betalingsverplichting de oprenting en een koersresultaat ten laste van haar belastbare winst mag brengen.

Volgens Hof Amsterdam leiden de oprentingskosten en valutakosten niet tot een negatief resultaat, omdat daar corresponderende verhogingen van de boekwaarden van resp. bedrijf 6 en bedrijf 7 tegenover staan.

Het resultaat is overigens niet anders, indien – zoals Rechtbank Noord-Holland in onderdeel 22 van haar uitspraak heeft geoordeeld – de betalingsverplichting eerst vanaf de vervulling van de opschortende voorwaarden van de overeengekomen APM in aanmerking zou kunnen worden genomen. In dat geval is de waarde van de informele kapitaalstorting door X in – op dat moment – bedrijf 7 gelijk aan de waarde van de betalingsverplichting ten tijde van de vervulling van de opschortende voorwaarden. Oprentingskosten en valutaresultaten doen zich dan niet voor.

De subsidiaire stelling van X dat zij een voorziening heeft mogen vormen, kan in het midden blijven.

Het Hof concludeert dat de in 2015 en 2016 door X in aanmerking genomen oprentingskosten en valutakosten niet tot lagere belastbare winsten leiden dan die welke de Inspecteur bij uitspraak van bezwaar heeft vastgesteld. De uitspraak van de Rechtbank dient, met aanvulling van gronden, te worden bevestigd.

Metadata

Rubriek(en)
Vennootschapsbelasting
Belastingtijdvak
2015-2016
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
26 september 2023
Rolnummer
23/00085; 23/00086
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2023:2557
Auteur(s)
mr. A. Groen
Belastingdienst
NLF-nummer
NLF 2023/2801
Aflevering
14 december 2023
Judoregnummer
JCDI:NFB6128

Naar de bovenkant van de pagina