Direct naar content gaan

Samenvatting

Aan X (belanghebbende) is een aanslag IB/PVV 2015 opgelegd naar een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 1.638. X is hiertegen tevergeefs in bezwaar, beroep en hoger beroep opgekomen.

Hij stelt in cassatie dat de vermogensrendementsheffing in strijd is met artikel 1 Eerste Protocol bij het EVRM (hierna: EP), zowel op stelselniveau als op individueel niveau.

De klacht dat de vermogensrendementsheffing op stelselniveau in strijd is met artikel 1 EP faalt volgens A-G Niessen, gelet op de arresten van de Hoge Raad van 14 juni 2019. De wetgever heeft het 4% forfait in de wet opgenomen op basis van empirische gegevens zodat de klacht dat dat rendement van meet af aan niet mogelijk was, faalt.

X betoogt verder dat Hof Arnhem-Leeuwarden ten onrechte heeft geoordeeld dat in zijn geval geen sprake is van een individuele en buitensporige last. Ten aanzien van deze klacht gaat de A-G uit van dezelfde overwegingen als die zijn opgenomen in zijn conclusie van 27 februari 2020 (19/03944, ECLI:NL:PHR:2020:186). Naar het de A-G voorkomt, vormt het lijden van verlies op vermogen een individuele en buitensporige last ingeval wordt vastgesteld dat een belastingplichtige in het desbetreffende jaar niet erop kan rekenen gedurende een reeks van jaren met risicomijdende beleggingen het wettelijk forfaitaire rendement te halen. Deze klacht slaagt, aldus de A-G. Na verwijzing moet worden vastgesteld of X het door hem gestelde verlies heeft geleden.

X klaagt er ook over dat hij de verhandeling ter zitting niet goed kon volgen door gehoorproblemen en een niet goed functionerende geluidsinstallatie. De klacht kan volgens de A-G niet tot cassatie leiden omdat uit het proces-verbaal blijkt dat aan het probleem van de geluidsinstallatie aandacht is geschonken en X tijdens de zitting niet door de door hem genoemde omstandigheden is gedupeerd.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2015
Instantie
A-G
Datum instantie
5 maart 2020
Rolnummer
19/03319
ECLI
ECLI:NL:PHR:2020:211
Auteur(s)
mr. dr. S.M.H. Dusarduijn RB
Tilburg University
NLF-nummer
NLF 2020/0766
Aflevering
2 april 2020
Judoregnummer
JCDI:NFB3146
bwbr0011353&artikel=5.2,bwbr0011353&artikel=5.2

Naar de bovenkant van de pagina