Direct naar content gaan

Samenvatting

X (bv; belanghebbende) heeft op 1 augustus 2019 een BPM-aangifte gedaan voor de registratie van een Volvo XC60 3.2 FWD. Het aangegeven en betaalde bedrag was € 3.033, gebaseerd op een taxatierapport dat de handelsinkoopwaarde van de auto, inclusief schade, berekende op € 7.144.

De Inspecteur heeft de auto opnieuw laten taxeren door Domeinen Roerende Zaken (DRZ), waarbij een hogere handelsinkoopwaarde van € 15.560 werd vastgesteld zonder waardevermindering voor schade, omdat er geen significante schade werd geconstateerd. Op basis hiervan werd aan X een naheffingsaanslag BPM opgelegd van € 780.

Rechtbank Gelderland heeft X gedeeltelijk gelijk gegeven door de waardevermindering van € 2.500 voor het schadeverleden te accepteren, waardoor de naheffingsaanslag werd verlaagd tot € 68. Echter, verdere waardeverminderingen werden afgewezen.

In hoger beroep bij Hof Arnhem-Leeuwarden betoogt de Inspecteur dat de Rechtbank ten onrechte een waardevermindering vanwege schadeverleden heeft toegepast. X stelt daarentegen dat een verdere waardevermindering wegens schade noodzakelijk was, en wenst eventueel over te schakelen naar de koerslijstmethode, specifiek de Eurotax-koerslijst met een 15% afwaardering.

Het Hof oordeelt dat op X de bewijslast drukt om de waardevermindering door meer dan normale gebruiksschade aan te tonen, wat echter niet voldoende is gelukt. Het betoogde schadeverleden is niet voldoende onderbouwd door een deskundigenonderzoek.

Subsidiair staat het Hof toe dat de koerslijstmethode kan worden gebruikt, en dat de Eurotax-koerslijst met 15% afwaardering geschikt is, waardoor de naheffingsaanslag wordt verminderd tot € 425.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Belastingtijdvak
2019
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
25 juni 2024
Rolnummer
22/1714
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2024:4323
NLF-nummer
NLF 2024/1649
Aflevering
9 juli 2024
bwbr0005806&artikel=10,bwbr0005806&artikel=10

Naar de bovenkant van de pagina