Direct naar content gaan

Samenvatting

De gemeente Strijen (belanghebbende; verder X) heeft een zogenoemde brede school laten bouwen.

X heeft met een woningcorporatie, een bouw- en aannemingsbedrijf en een onderwijsstichting een raamovereenkomst gesloten voor het bouwproject waarin ook in de realisatie van woningen, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen en infrastructuur is voorzien. De stichtingskosten van de brede school bedragen € 5.274.440 inclusief omzetbelasting. Op 19 februari 2009 wordt de brede school door de aannemer opgeleverd aan X. Per dezelfde datum wordt het schoolgebouw geleverd aan de woningcorporatie. De verkoopsom is tussen X en de woningcorporatie vastgesteld op € 550.000.

Bij Hof Den Haag is in geschil of X de omzetbelasting die haar ter zake van de bouw van de brede school in rekening is gebracht in aftrek kan brengen.

Het Hof oordeelt dat de vergoeding ter zake van de levering van het gebouw niet de werkelijke tegenwaarde van het schoolgebouw vertegenwoordigt. De hoogte van de vergoeding is bepaald op basis van een andere factor, te weten belastingbesparing, waardoor wordt afgedaan aan het rechtstreekse verband tussen de levering en de tegenprestatie. Dit betekent dat de levering van het schoolgebouw niet is verricht onder bezwarende titel in de zin van artikel 1, aanhef en onderdeel a, Wet OB 1968. Er bestaat daarom geen recht op aftrek op de voet van artikel 15 Wet OB 1968.

Het beroep van X op onderdeel 2.2.2 van het besluit van de staatssecretaris van 25 januari 2012, BLKB2012/175M slaagt niet. X heeft het schoolgebouw laten bouwen om het te gebruiken voor de overdracht aan de woningcorporatie. Deze overdracht is niet aan te merken als een belastbare handeling en is daarmee geen economische activiteit. Daarom komt toepassing van onderdeel 2.2.2 van het besluit niet aan de orde.

Het hoger beroep van X is ongegrond. De uitspraak van Rechtbank Den Haag wordt bevestigd.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
1 januari 2016 t/m 31 maart 2016
Instantie
Hof Den Haag
Datum instantie
5 maart 2019
Rolnummer
17/00951
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2019:1752
NLF-nummer
NLF 2019/1570
Aflevering
11 juli 2019
bwbr0002629&artikel=1

Naar de bovenkant van de pagina