Direct naar content gaan

Samenvatting

X (bv) handelt in auto’s van verschillende in het zogenoemd hogere segment gelegen merken. X is geen erkende autodealer. X importeert auto’s vanuit Duitsland via in Duitsland gevestigde vennootschappen. X heeft maandaangifte gedaan voor de BPM (juli 2013) voor diverse vanuit Duitsland geïmporteerde auto’s.

Bij Hof Arnhem-Leeuwarden is in geschil of met name de BPM ter zake van de registratie van Audi’s naar het juiste bedrag is geheven. De Inspecteur stelt dat de Audi A6 met datum eerste toelating 31 mei 2013 als nieuw dient te worden aangemerkt. Gelet op de kilometerstand (3.261) slaag X er echter in om aannemelijk te maken dat sprake is van een gebruikte auto.

Voor zover de Inspecteur zich beroept op het leerstuk van interne compensatie met betrekking tot de verschillende auto’s die door X in een bepaald tijdvak vanuit het buitenland naar Nederland zijn overgebracht, slaagt dat beroep niet (zie Hof Arnhem-Leeuwarden 10 januari 2017, 15/00182 en 15/00270, ECLI:NL:GHARL:2017:131, NLF 2017/0338). Dat geldt naar het oordeel van het Hof niet alleen in procedures inzake naheffingsaanslagen maar ook in procedures betreffende de voldoening op aangifte van BPM door een vergunninghouder. Het Hof acht de door X ingebrachte koerslijsten bruikbaar voor de bepaling van de afschrijving met betrekking tot de onderhavige uit het buitenland overgebrachte auto’s. Voor zover X, in afwijking bij de voldoening op aangifte, in plaats van – kort gezegd – een koerslijst op basis van een btw-auto de vermindering in bezwaar, beroep of in hoger beroep wenst te berekenen aan de hand van een koerslijst op basis van een marge-auto, is zij daartoe gerechtigd (vgl. HR 18 maart 2016, 14/04111, ECLI:NL:HR:2016:422 en HR 27 januari 2017, 15/02273, ECLI:NL:HR:2017:45, NLF 2017/0624, met noot van Elbert). X heeft met overlegging van de koerslijsten aannemelijk gemaakt dat de door haar gehanteerde handelsinkoopwaarden juist zijn. De over het tijdvak verschuldigde BPM dient te worden verminderd overeenkomstig het standpunt van X (€ 1.829). X heeft recht op een rentevergoeding over de door haar terug te ontvangen BPM, die is berekend overeenkomstig het bepaalde in hoofdstuk VA AWR. Voor een hogere rentevergoeding dient X zich, gelet op het bepaalde in artikel 28c IW 1990, tot de Ontvanger te wenden (HR 3 maart 2017, 16/01176, ECLI:NL:HR:2017:341, NLF 2017/0547).

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Belastingtijdvak
juli 2013
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
30 mei 2017
Rolnummer
15/00515
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2017:4577
NLF-nummer
NLF 2017/1415
Aflevering
22 juni 2017
bwbr0005806&artikel=10,bwbr0005806&artikel=10

Naar de bovenkant van de pagina