Direct naar content gaan

Samenvatting

In 2011 hebben jurisprudentie en een wijziging in de regelgeving inzake de correctie van vooraftrek van omzetbelasting geleid tot een grote stroom bezwaarschriften met betrekking tot het privégebruik auto. In verband met de hoeveelheid bezwaren is in 2011 in overleg met de koepelorganisaties en grote advieskantoren een vereenvoudigde wijze van indiening overeengekomen. Inmiddels heeft de Belastingdienst rond de twee miljoen bezwaarschriften ontvangen. De regeling van artikel 25c e.v. AWR schept de mogelijkheid om een groot aantal bezwaarschriften effectief af te handelen.

Met het oog op een efficiënte en eenduidige afdoening heeft de staatssecretaris van Financiën de bezwaarschriften die betrekking hebben op één of meerdere van de volgende rechtsvragen aangemerkt als massaal bezwaar in de zin van artikel 25c AWR. Bij deze aanwijzing heeft hij bekendgemaakt welke procedures zijn geselecteerd om de hiervoor genoemde rechtsvragen aan de (hoogste) rechter voor te leggen. Het onderhavige arrest betreft één van de vier aangewezen zaken.

Rechtsvragen:

  1. Kan in het laatste tijdvak van 2011 een btw-correctie verschuldigd zijn voor het privégebruik door een werknemer van een auto die tot het ondernemersvermogen behoort, als het besluit van 9 februari 2009 met ingang van 1 juli 2011 is ingetrokken en overigens ook in het laatste tijdvak van 2011 een wettelijke grondslag voor de btw-correctie ontbreekt?
    Oordeel Hoge Raad: het is mogelijk dat een ondernemer in de laatste aangifte van 2011 een btw-bedrag verschuldigd is geworden wegens privégebruik auto ook al is het beleidsbesluit waarop die verschuldigdheid is gebaseerd medio 2011 ingetrokken en er overigens ook geen wettelijke bepaling bestaat die leidt tot deze verschuldigdheid.
  2. Kan de maatstaf van heffing voor de verschuldigde btw wegens privégebruik van een auto die tot het ondernemersvermogen behoort, worden berekend op basis van een geschat aandeel privégebruik van de omzetbelasting die vanwege de aanschaf en gebruik aan de ondernemer in rekening is gebracht indien er geen kilometeradministratie is bijgehouden?
    Oordeel Hoge Raad: als Hof Arnhem-Leeuwarden bij zijn oordeel ervan is uitgegaan dat de omvang van het privégebruik uitsluitend is vast te stellen aan de hand van een kilometeradministratie getuigt dat oordeel van een onjuiste rechtsopvatting. Indien het Hof is uitgegaan van de juiste rechtsopvatting, behoefde zijn oordeel, gelet op hetgeen X met betrekking tot de omvang van het privégebruik heeft gesteld, nadere motivering, die ontbreekt.

De zaak is verwezen naar Hof Den Bosch.

Vrijwel conform Conclusie A-G IJzerman.

Dit arrest maakt deel uit van een viertal proefprocedures over de btw-heffing van het privégebruik van de auto van de zaak. Voor een voorgeschiedenis en een uiteenzetting van de regelingen waarover het gaat, verwijs ik naar mijn noot bij het arrest met nummer 15/02180 (NLF 2017/0959). Ik beperk mij in deze noot tot het bespreken van de middelen die nog niet in de andere zaken naar voren zijn gekomen.

Twee regelingen in één jaar

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
2011
Instantie
HR
Datum instantie
21 april 2017
Rolnummer
15/02004
ECLI
ECLI:NL:HR:2017:711
Auteur(s)
prof. mr. dr. M.M.W.D. Merkx
Universiteit Leiden/Deloitte
NLF-nummer
NLF 2017/0961
Aflevering
4 mei 2017
Judoregnummer
JCDI:NFB450
bwbr0002320&artikel=25c&lid=2,bwbr0002320&artikel=25f&lid=1,bwbr0002629&artikel=4&lid=2,bwbr0002629&artikel=4,bwbr0002629&artikel=8&lid=4,bwbr0002629&artikel=8&lid=7,bwbr0002629&artikel=8,bwbr0002634&artikel=15,bwbr-btw-ri&artikel=72, 80

Naar de bovenkant van de pagina